Voor René van den Oord en Henk Korterink staat als een paal boven water: wanneer hun traject bij een veehouder namens het Vertrouwensloket Welzijn Landbouwhuisdieren afgelopen is, heeft de ondernemer concrete handvatten voor structurele verbetering van de situatie. Bedrijfsadviseur René: ‘Belangrijk daarbij is zijn omgeving, het sociale en professionele netwerk: laat de veehouder niet alleen staan.’
René herinnert zich bezochte veehouders waarbij hij echt dacht ‘Hoe kan het zover komen?’. Niet dat hij die vraag letterlijk zo stelt aan de boer over wie een melding van verminderde dierzorg is gedaan bij het Vertrouwensloket Welzijn Landbouwhuisdieren. ‘Relevant is hoe we hem kunnen helpen.’ Samen met Henk – agrarisch sociaalpsycholoog – vormt hij naar eigen zeggen een goed duo. ‘We zijn een klankbord voor de ondernemer, maar duiken ook in de bedrijfsgegevens en het ontstaan van de situatie. Wat heeft de veehouder nodig om de weg naar boven in te slaan?’
Jaarlijks komen er zo’n honderd meldingen van verminderde dierzorg binnen bij het Vertrouwensloket dat dit jaar 25 jaar bestaat. Het loket, opgericht op initiatief door de veehouderijsector zelf, zet professionals in om veehouders te helpen die de zorg voor hun dieren tijdelijk niet goed kunnen organiseren. Door gebruik te maken van al bestaande dienst- en hulpverlening worden de ondernemer en zijn dieren geholpen.
Na een melding komen René en Henk, soms samen met een dierenarts, in actie. Hoewel het gaat over verminderde dierzorg, is de aanleiding daarvoor vaak niet zo simpel. René: ‘Het kent vaak achterliggende oorzaken. Denk aan een slepend probleem in relationele sfeer of financiële problematiek. Bij sommige ondernemers ontbreekt elk toekomstperspectief voor hun onderneming. Allemaal redenen waardoor zij uiteindelijk niet de juiste aandacht geven aan hun dieren.’
Een interventie vanuit het Vertrouwensloket is niet onbeperkt; het bestaat uit zo’n drie tot vijf bedrijfsbezoeken met bijvoorbeeld René en Henk. In die gesprekken wordt de problematiek en het bestaande sociale en professionele netwerk in kaart gebracht. In samenspraak met de veehouder wordt het bij de problematiek passende netwerk ingeschakeld. ‘Veroordeel de boer niet, laat hem niet alleen staan’, vindt René. Henk vult aan: ‘Verminderde dierzorg gebeurt bijna nooit bewust, vaak zien boeren gewoon geen uitweg meer.’ Het kunnen delen van de situatie en samen met een kundig iemand kunnen werken aan verandering – of dat nou de accountant, de praktijkondersteuner van de huisarts of de dierenarts is – is zeer belangrijk, vindt René. ‘Het samen met de veehouder komen tot handvatten voor structurele verbetering is het minste wat we geregeld willen hebben bij afsluiten van ons traject.’
Het liefst zouden Henk en René langer bij een veehouder betrokken blijven, om de kans op terugval te beperken. ‘De kans op herhaling ligt rond 20 procent, dat is best hoog. Veehouders verbeteren na ons bezoek wel, maar de praktijk is weerbarstiger’, weet René. Henk: ‘Boeren worden bij verminderde dierzorg vaak gezien als een slechte boer, maar wij zien dat het vaak anders ligt. Er is advies of ondersteuning nodig, daar helpen wij mee.’
Als het lukt om het netwerk rondom de veehouder in de benen te krijgen, verlaten René en Henk met een gerust hart het erf. ‘Het liefst doen we een warme overdracht met bijvoorbeeld de accountant. Waar mogelijk betrekken we betrokken familieleden bij onze gesprekken. Met onze gespreksvoering proberen we zo vroeg mogelijk in het traject vertrouwen te krijgen, zodat de veehouder open en eerlijk zijn verhaal kan doen. En juiste informatie verstrekt. Op basis daarvan denken we mee en bieden we een passende, helpende hand. Niet verbergen, maar verbeteren!’